OZB staat voor Onroerend Zaak Belasting, een belasting die eigenaren van een eigen woning betalen, aan de gemeente. Het is een belasting op onroerend goed, een vorm van bezit. De gemeente is verantwoordelijk voor het vaststellen van de hoogte van de OZB, op basis waarvan u een bepaald bedrag aan kosten dient te betalen. Houd er rekening mee dat u ook OZB over een pand dient te betalen, op het moment dat u deze niet als woning gebruikt. Indien u het niet eens bent met de OBZ kunt u hier bezwaar tegen maken.
Huurders betalen geen OZB, aangezien zij geen eigenaar zijn van een woning. Dit vormt een belangrijk kostenvoordeel van een huurwoning, ten opzichte van een eigen woning. Huurders van andere panden (zoals bedrijfspanden) betalen overigens wel OZB, dus houd daar rekening mee.
Hoogte van de OZB
De hoogte van de OZB wordt bepaald door de gemeente, die hier in principe vrij in is. De gemeente stelt een bepaald tarief (percentage) vast en berekend de daadwerkelijk te betalen belasting vervolgens door uit te gaan van de WOZ-waarde. Uiteraard dienen gemeenten rekening te houden met de totale lasten van hun inwoners, al staat er verder geen maat op de hoogte van de OZB. Dat neemt niet weg dat de meeste gemeenten de kosten over het algemeen beperken.
Bezwaar maken tegen de OZB
Bent u het niet eens met de hoogte van de OZB? U kunt geen bezwaar maken tegen het tarief zoals de gemeente dat vaststelt, maar het is wel mogelijk om bezwaar te maken tegen de waardering van uw woning. U maakt dan bezwaar tegen de WOZ-waarde. De gemeente zal uw bezwaar in behandeling nemen en nagaan of er fouten zijn gemaakt bij het vaststellen van de waarde van uw woning of pand.
Jaarlijks vastgesteld
De gemeente stelt de OZB ieder jaar opnieuw vast, waardoor de tarieven kunnen stijgen en kunnen dalen. Bovendien verschilt de OZB per jaar op het moment dat uw woning meer waard wordt, of deze aan de andere kant juist aan waarde verliest. U dient OZB te betalen voor een bepaald pand, als u daar op 1 januari de eigenaar van was. De OZB is een belasting op het bezit, waarmee de gemeente vervolgens de algemene middelen aan kan vullen.